Veel verbeteringen mogelijk
In het debat gingen patiëntvertegenwoordigers, huisartsen, directeuren van ziekenhuizen en verpleeghuizen, thuiszorgaanbieders, medewerkers van VGZ en van de zorgkantoren van VGZ met elkaar in gesprek over de belangrijkste knelpunten. Daaruit werd duidelijk dat er veel verbeteringen mogelijk zijn. Bijvoorbeeld in de samenwerking tussen huisartsen en verpleegkundigen (die oudere patiënten vaak het beste kennen) en andere zorgverleners die specialistische zorg kunnen bieden.
Waar is er nog een plek vrij?
Ook de samenwerking tussen aanbieders van wijkverpleging (thuiszorg) en verpleeghuiszorg kan vaak nog veel beter. Het is op dit moment erg moeilijk om er snel achter te komen bij welke instellingen er nog plek is voor oudere patiënten die extra zorg thuis nodig hebben of in een verpleeghuis moeten worden opgenomen.
"Geef huisartsen de ruimte"
In het debat kwam een aantal oplossingen aan bod. Ab Klink vatte aan het eind de belangrijkste samen: “Het allerbelangrijkste vind ik dat we zoveel mogelijk moeten voorkomen dat de situaties zó uit de hand lopen dat ouderen op de eerste hulp terecht komen. Daarom willen we huisartsen de ruimte even om samen met de gemeenten goed zicht te krijgen op de ouderen die extra zorg nodig hebben. We ondersteunen nu al een aantal projecten en de methoden die wérken willen we in zoveel mogelijk regio’s toepassen.”
Tot slot kreeg de zaal 3 tips voor ouderen en hun familie:
• Overleg met de huisarts of het mogelijk is om extra zorg in te schakelen. Vaak weet de praktijkondersteuner of een wijkverpleegkundige de weg.
• Mantelzorgers kunnen voor ondersteuning of advies terecht bij het VGZ-team voor Zorgadvies en Bemiddeling (
www.vgz.nl/zorgadvies)
• Moeite met het vinden van (langdurige) verpleegzorg voor uzelf of (bijvoorbeeld) uw ouders? Neem dan contact op met Klantadvies van het
zorgkantoor of schakel een cliëntondersteuner in van bijvoorbeeld MEE of Zorgbelang in uw regio.